‘Waar gaat het eigenlijk over?’

vlooi van hookeHet is niet erg als een tentoonstelling nergens opslaat. Als je gewoon interessante voorwerpen (of voor mijn part ‘mooie dingen’) bij elkaar zet kan het ook goed zijn, dan hoeft er niet zo nodig een groot samenhangend verhaal verteld te worden. In De Appel in Amsterdam is momenteel de tentoonstelling Curiosity (‘Nieuwsgierigheid’, maar ook ‘Curieusiteit’) te zien. Het is van de ene kant een uitstalkast vol rariteiten, lukraak bij elkaar gezet, van de andere kant wil de tentoonstelling ook iets zeggen over de geschiedenis van de nieuwsgierigheid. Het lukt niet helemaal lekker die twee te verenigen. Neemt niet weg dat er in De Appel veel het bekijken waard is. (En voor thuis is er dan het verhaal uit de fraaie maar wat prijzige catalogus).
Wij vinden nieuwsgierigheid een kwaliteit, moedigen kinderen aan te ontdekken hoe de wereld in elkaar zit. Dat is iets moderns uit de zeventiende eeuw. (Dat pas in de negentiende eeuw algemeen werd). Vooral in de volledig van religie doordrenkte middeleeuwen was het niet de bedoeling ’s te gaan onderzoeken hoe zaken in de natuur werken. Van kerkvader Augustinus (354-430) tot Bernardus van Clairvaux (1090-1153), honderden jarenlang is nieuwsgierigheid beschouwd als een ondeugd die je op het pad van de zinnelijke geneugten brengt en wegvoert van het juiste leven, toegewijd aan God. Zelfs in de zeventiende eeuw, de tijd waarin de basis gelegd wordt voor de moderne wetenschap, zien sommige denkers nieuwsgierigheid, vanwege haar onbevredigbare aard, als het zusje van de hoofdzonden Luxuria (de Wellust) en Avaritia (de Hebzucht of Gierigheid). Vreemd dat ik niks lees over Eva en Adam, terwijl dat hapje dat de geschiedenis van de mensheid veranderde, toch ook ging over nieuwsgierigheid. (We zijn hier godbetert in De Appel).
trip cailloisGenoeg. We gaan spullen kijken. Altijd fijn om te zien: stenen waarin je hele landschappen kunt ontwaren. Die werden in Europa al in de zestiende eeuw verzameld en in China was er de hele cultus van de zogenoemde dream stones, plakken gepolijst marmer waarbij de dooradering een horizon, water, bosschages of rotspartijen kan suggereren. In de Appel liggen stenen uit de verzameling van de franse schrijver en socioloog Roger Caillois. Zijn albasten, agaten, kwartsen en jaspissen hebben patronen die je doen duizelen, sommige lijken uit een LSD-trip te komen, andere vormen heel herkenbare landschappen.
In Nederland voeren we altijd terecht Swammerdam en Van Leeuwenhoek op als de grote helden van de kleine wereld: de zeventiende-eeuwers die voor het eerst door microscopen keken en ontdekten dat alles anders is dan voorheen gedacht. Niet gek dat Swammerdam schreef: “…alhier den almagtigen vinger Gods in de anatomie van een luys.” Op Curiosity wordt het boek Micrographia (1665) van een andere lenzenpionier, de brit Robert Hooke getoond. Het ligt open bij de beroemde prent van een vlo: het beestje is een monster geworden van 40 bij 30 centimeter.
thomas-grunfeld2Centraal in de bovenzalen troont als een freaksfinx een Misfit van de duitse kunstenaar Thomas Grünfeld. Hé, dit is niet zomaar een Misfit, het is de. Ik bedoel het is de sint- bernardshond met de schapenkop die De Nieuwe Kerk en Staatsbosbeheer lieten zien op de tentoonstelling Wereldnatuurkunst in 2005. Toen is een bezoekster zo geschrokken van deze creatuur dat ze urenlang onwel was. Dat kan natuurlijk, en misschien stelt de kunstenaar ook nog vragen over evolutie en menselijk geknoei met biologisch materiaal, maar ik vind zijn preparateurswerk toch vooral lollig.
Verder hier negentiende-eeuwse glasmodellen van zeewezens door vader en zoon Blaschka. Er draait een quasi-documentaire over Loch Ness, de neushoorn van Dürer is er. Uit de catalogus maak ik op dat Curiosity eerder in Engeland te zien was. Toen met een aantal bladen van Da Vinci. Dat had ik misschien liever niet willen weten. Ignorance is bliss. Toch?

Dit bericht werd geplaatst in Landschap en getagged met , , , , , , , , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Een reactie op ‘Waar gaat het eigenlijk over?’

  1. Pingback: Het opgezette dier als spiegel | BuitenPlaatsen

Plaats een reactie